Leerlingen gaan zelden van het een op het andere moment niet meer naar school. Daardoor zijn er in de aanloop naar verzuim meerdere kansen om signalen van verminderd welbevinden in beeld te brengen en erger te voorkomen. Patronen kunnen ontdekt worden door verzuim- en aanwezigheidsgegevens wekelijks of maandelijks op leerling-, klas- of schoolniveau te analyseren. Daarnaast kunnen leerlingen en ouders input leveren. De leerling kan bijvoorbeeld een logboekje bijhouden over hoe deze zich voelt en waarom aanwezig zijn wel of niet lukt.
Voor het registreren van verzuim- en aanwezigheidsgegevens kunnen verschillende registratiesystemen van school gebruikt worden; denk aan verzuimregistratie en het leerlingvolgsysteem. Voor een goede registratie is het belangrijk dat:
- De juiste informatie wordt opgenomen.
- Bij informatie-uitwisseling de privacyregels in acht worden genomen.
- Er heldere afspraken met alle betrokkenen zijn.
Het is belangrijk kritisch op het registratieproces te blijven en geregeld de vraag te stellen: doen we nog steeds het juiste? Regelmatige evaluaties helpen om het beleid aan te scherpen. Door niet alleen samenwerkingspartners als leerplicht te betrekken, maar ook leerlingen en ouders, komt de gelijkwaardige samenwerking het beste tot haar recht.
Vragen voor een goed gesprek tussen alle betrokkenen over aanwezigheid volgen
- Hoe vaak analyseren we de verzuim- en aanwezigheidsregistratie op leerling-, klas- en schoolniveau? Wat doen we met die analyses?
- Zijn we kritisch op het registratieproces? Zo ja, waar blijkt dat uit?
- Hoe is aanwezigheid volgen, geborgd in het beleid voor werken aan aanwezigheid op school?
Hier vind je nog meer vragen om dit onderwerp te bespreken.